Theater van de Lach
Ajax wint dankzij winnende treffer Antony knotsgekke Klassieker van Feyenoord (3-2)
AMSTERDAM Antony toverde de Johan Cruijff ArenA om tot het Theater van de Lach. Ajax werd in de knotsgekke wedstrijd tegen Feyenoord bij vlagen uitgefloten door het eigen publiek, keek in de 77e minuut nog tegen een 1-2 achterstand aan, maar stapte dankzij een vrije trap van Dusan Tadic en een bevlieging van de kleine Braziliaan met de grootst denkbare smile en de zege van het veld in De Klassieker (3-2). Op het moment dat Feyenoord-trainer Arne Slot het over de rode kaart had die de matchwinnaar in de slotfase kreeg, zwaaide – zoals in de beste producties van John Lanting – de deur open en kwam Antony steunend op één kruk de perszaal binnen. Met een lachsalvo tot gevolg.
En ook de scene diep in blessuretijd, waarbij Antony met een enkelblessure weer het veld inliep, hij door ploeggenoot Tadic tegen de grond werd gewerkt om een blessurebehandeling mogelijk te kunnen maken en niet de Ajax-aanvoerder maar de Braziliaan geel kreeg, paste in de allerbeste klucht. Al vond Erik ten Hag het allerminst lollig dat Antony door de uitstekend fluitende Danny Makkelie met zijn tweede gele kaart, dus rood naar de kant werd gestuurd en hij na de interlandbreak de altijd lastige uitwedstrijd bij FC Groningen mist.
Overigens was Antony doordat hij na de 3-2 zijn shirt uittrok sowieso geschorst geweest. Alleen blijven zijn vier gele kaarten – door de rode prent – nu staan en is hij bij een volgende gele kaart weer geschorst. „Ik wist voor de wedstrijd dat een gele kaart me de wedstrijd bij FC Groningen zou kosten”, zei de rechtsbuiten, die zijn winnende treffer met ontbloot bovenlijf en de harde kern van Ajax vierde. „Op het moment dat ik scoorde en door alle emoties die daarbij loskwamen, vergat ik dat ik op scherp stond. Pas toen ik mijn shirt weer aandeed, realiseerde ik me dat ik zal zijn geschorst.”
Die black-out zal Antony snel worden vergeven. De Braziliaan is pas 22 jaar oud en werd de afgelopen weken én tijdens Ajax-Feyenoord heen en weer geslingerd tussen verschillende emoties. Kort na de winterstop werden zijn ploeggenoten en hij bewierookt, maar de laatste wedstrijden liep het stroef, werd van Go Ahead Eagles verloren en tegen RKC (3-2) en Cambuur (2-3) op wilskracht de overwinning geboekt.
De Champions League-uitschakeling tegen Benfica was een mokerslag en dertien minuten voor het einde van De Klassieker had Ajax het kampioenschap niet meer in eigen hand. Totdat Tadic de gelijkmaker produceerde (2-2), waarna Antony als een acteur uit de bezemkast ten tonele verscheen en een prima interceptie van Noussair Mazraoui en assist van invaller Nicolas Tagliafico met een treffer bekroonde (3-2).
„Het was een wedstrijd met heel veel fouten van beide kanten”, doelde Antony onder meer op de vroege 0-1 van Luis Sinisterra, de gelijkmaker van Sébastien Haller (1-1) en de 1-2 van Guus Til. „Ondanks de intensiteit zijn we altijd in de overwinning blijven geloven. En het hielp dat de supporters er vol achter bleven staan.”
Door de zwaarbevochten zege, die het elftal van Ten Hag op koers houdt voor de landstitel, gingen alle Ajax-spelers en -fans met een lach van oor tot oor naar huis. Behalve Daley Blind, die na zijn wissel direct de catacomben in stoof en de ereronde aan zich liet voorbijgaan, maar wel werd toegezongen door dezelfde supporters die eerder zijn woede hadden gewekt door na een verkeerde pass om het inbrengen van Tagliafico te vragen. Tijdens de ruime week bij Oranje krijgt ook de routinier de kans zijn goede humeur weer terug te vinden.
Ajax - Feyenoord 3-2 (1-2). 8. Sinisterra 0-1, 24. Haller 1-1, 28. Til 1-2, 78. Tadic 2-2, 86. Antony 3-2. Scheidsrechter: Makkelie. Gele kaart: Antony, Klaassen (Ajax). Rode kaart: 90+5. Antony (2xgeel/Ajax). Toeschouwers: 5
De T.Kater groter dan ooit
Tyrell Malacia (l.) en Lutsharel Geertruida (3e van links) vieren met Guus Til diens treffer, die goed is voor de 1-2.
FOTO MATTY VAN WIJNBERGEN
Vleugelverdedigers Malacia en Geertruida leveren prima werk af
AMSTERDAM De ene kater is de andere niet. Die van Feyenoord na de Klassieker is een megakater. De spelers én hun coach Arne Slot hadden het gevoel dat ze de koploper in eigen huis konden verslaan, waren ook lang op weg naar het beste resultaat in jaren, maar stonden na 96 minuten wéér met lege handen.
„Heel, heel zuur”, zegt Jens Toornstra na afloop hoofdschuddend. De middenvelder heeft al heel wat edities van De Klassieker meegemaakt inmiddels en vaker dan hem lief was liep hij daarin met zijn team rond als een kansloze bokser die in te veel hoeken van de ring werd gedrongen. En dan komt er dus opeens zo’n eerste uurtje als in deze Klassieker, waarbij Feyenoord een 2-1 voorsprong heeft en nog voor de rust een derde dreun kan uitdelen.
Cyriel Dessers, tot zondag in alle duels na de winterstop scorend, zal Toornstra niet hebben gehoord in de uitverkochte Johan Cruijff ArenA. Maar het feit was dat de aanvoerder vogelvrij in het zestienmetergebied fladderde zonder dat er een Ajacied in zijn buurt was. Kom maar met die bal, dacht Toornstra. Dessers schoot zelf en mikte naast.
Voor Toornstra’s doen ging hij flink uit zijn dak, maar het bleef bij woeste armgebaren en misschien een binnensmondse vloek. Cristiano Ronaldo zou de paal doormidden hebben geschopt. Toornstra, die op de plek van Orkun Kokcu speelde, is na de wedstrijd al weer die aardige collega, die slechts zegt dat Feyenoord de afstand had moeten vergroten met de ’grote mogelijkheden’ die het elftal kreeg. „Echt, zo jammer dit. Ik heb hier wedstrijden gespeeld waarin we niks te vertellen hadden, maar dat was nu totaal anders.”
Bij de nabespreking, weet zijn trainer al snel na afloop te vertellen, zal Dessers met videobeelden en overzichten ook wel tot de conclusie komen dat hij de bal breed had moeten leggen op Toornstra. Tegelijkertijd toont Slot ook begrip. „Cyriel zit vol in zijn actie, Jens is eerst nog achter de bal en Cyriel heeft ook nog eens de kwaliteit dat hij uit alle hoeken en standen kan schieten”, zegt Slot. Maar hij baalt wel.
Misschien nog meer van de gelijkmaker, waarbij doelman Ofir Marciano de schuld wel op zich mag nemen. Een vrije trap die vijf meter van de achterlijn wordt genomen, is net iets meer dan een corner en mag nooit in een keer in de bovenhoek achter een keeper van 1.93 meter verdwijnen. Slot draait er niet omheen als er vragen en verwijten komen na de wedstrijd. Ook hij denkt dat zijn doelman hier meer kon betekenen voor zijn ploeg.
Het is opvallend, omdat hij de rest van het seizoen nog verder moet met de Israëlische international. De coach gaat zelfs nog wat verder als hij het verschil in kwaliteit verder duidt voor een groot publiek. „Dit is het gevolg van afgelopen zomer, waarbij we niet alle posities even sterk dubbel hebben kunnen bezetten.” Met andere woorden: Justin Bijlow zit op een hoog niveau en de reservekeeper is van een heel ander kaliber.
De lichtpuntjes voor Slot en zijn assistenten John de Wolf en Marino Pusic worden gevormd door de optredens van Tyrell Malacia en Lutsharel Geertruida, die ieder op een geweldige wijze de strijd aangingen met de sterspelers Antony en Dusan Tadic. Jeremiah St. Juste kreeg in 2018 de snelste rode kaart in de historie van De Klassieker toen hij al na vijf minuten Nicolas Tagliafico ondersteboven schopte. Malacia en Geertruida hebben dat soort fratsen niet nodig. Al wekte Antony bij vlagen de indruk dat hij tegenover Badr Hari in plaats van Badr Malacia stond. Bij elk contact lag de Braziliaan tot ergernis van de Feyenoorders kermend op de grond. Malacia haalde slechts de schouders op, was zich van geen kwaad bewust en liet de duels nooit ontsporen.
Mede daardoor had Slot als coach heel lang een goed gevoel over de afloop. „Bij de 1-2 stand zat ik echt niet met samengeknepen billen op de bank. We verdedigden prima. Natuurlijk kreeg Ajax kansen, maar niet een heleboel. We zijn gewoon niet beloond voor het voetbal dat we brachten.”