Re: Brian Brobbey
Geplaatst: za jan 13, 2024 12:13 pm
De T.Interview met de knuffelbeer van staal: ’Lachende Brian Brobbey, de echte Brobbey’
author avatar
MIKE VERWEIJ
Aangepast: 2 uur geledenVandaag, 06:55in VOETBAL
Het zegt alles over het turbulente half jaar dat Brian Brobbey (21) achter de rug heeft. De spits van Ajax trof acht keer doel in de competitie, bleek daarmee tien keer minder trefzeker dan Vangelis Pavlidis (AZ) en Santiago Gimenez (Feyenoord), maar was desondanks veruit de meest besproken man van de Eredivisie. Brobbey was het slachtoffer van onversneden racisme, kwam ongelukkig in botsing met RKC-doelman Etiënne Vaessen, die op het veld moest worden gereanimeerd, werd gefileerd door Marco van Basten en Ronald Koeman, belandde met Ajax op de laatste plaats én nam zijn elftal op sleeptouw toen dat het hardst nodig was.
Soms lijkt het alsof er twee Brian Brobbeys zijn. De winnaar, de boos kijkende en loeisterke spits die verbeten duels met zijn tegenstanders uitvecht. Én de goedlachse Ghanees uit Amsterdam-Zuidoost die sfeer brengt op alle afdelingen van De Toekomst, ontwapenende televisie-interviews geeft en urenlang tussen de (ernstig) zieke patiëntjes in het Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie vertoeft. „Die lachende, dat is de echte Brobbey”, straalt de Ajax-speler, die voor het gesprek in Het Conservatorium Hotel alle tijd neemt en zijn alter ego heeft thuisgelaten. „Voor trainingen en wedstrijden zet ik een knop om. Dan ben ik gefocust.”
Aanslagen
Dat moet ook wel, want de aanslagen die Brobbey krijgt te verduren, leidden dit seizoen tot een discussie of de spits wel voldoende wordt beschermd. „Mijn ouders komen niet naar het stadion. Dat geeft ze te veel stress. Zelfs de wedstrijd op tv kijken kan mijn moeder niet. Zij gaat op zulke momenten liever naar de kerk”, zegt Brobbey over de impact op zijn vader William en moeder Eliza.
Brobbey zegt hun aanwezigheid wel te missen. Hij is ze dankbaar voor de opvoeding die hij heeft genoten. Inmiddels woont de Ajax-aanvaller op zichzelf, maar vroeger was het in zijn ouderlijk huis gezelligheid troef. „Daar voelde je de Ghanese warmte. Ik woonde er met mijn ouders, broers Derrick, Kevin en Samuel, een aantal nichtjes en mijn neefje. Mijn vader werkte op Schiphol bij de bagage-afhandeling en mijn moeder was schoonmaakster in een hotel. Zij zorgden ervoor dat het ons aan niets ontbrak. We waren niet rijk of arm, maar ’normaal’. Ik heb echt een goede jeugd gehad”, benadrukt de spits, die na het tekenen van zijn eerste contract in 2018 ’eindelijk’ iets terug kon doen.
„Na de Future Cup, waarin we met Naci Ünüvar, Ryan Gravenberch en de broers Timber zo veel indruk maakten, legde Ajax me voor drie jaar vast. Zoiets is voor een jongen uit de Bijlmer echt wel iets bijzonders, want het was prima geld en eindelijk kon ik mijn ouders blij maken.”
"Maar racisme raakt me niet, dat heb ik mezelf opgelegd"
In de wijk Reigersbos in Amsterdam-Zuidoost, op tien minuten van de Johan Cruijff ArenA, was Brobbey door diezelfde ouders gevormd tot de sociale goedlachse twintiger die hij nu is. „Van een deel van het geld dat mijn broers en ik aan mijn moeder geven, brengt ze voedsel en bijvoorbeeld rolstoelen naar Ghana. Aan anderen denken, vindt zij het allerbelangrijkst. En dat geeft ze haar kinderen mee.” Zoals hij nog iets ’van huis uit’ meekreeg: zich van racisme niks aan te trekken.
„Natuurlijk keur ik elke vorm van racisme af. Maar racisme raakt me niet, dat heb ik mezelf opgelegd. Hoe meer ik erover praat, des te groter het wordt. Elke keer als ik kankeraap of kankerzwarte naar mijn hoofd krijg geslingerd, heb ik medelijden met de mensen die dat roepen. Het zegt namelijk veel meer over hen dan over mij”, aldus Brobbey die zijn Afrikaanse afkomst juist koestert.
„Dat ik fysiek zo sterk ben, zit in de Ghanese genen. Ik ben wel veel in de sportschool, maar niet voor krachttraining, want dan word ik te breed en dat wil ik niet. Ik kom daar meer voor mijn explosiviteit en flexibiliteit, voor core-training en het onderhoud aan mijn hamstrings en knieën.”
De knuffelbeer van staal zegt tevreden te zijn over zijn ontwikkeling. „Maar tegelijkertijd besef ik dat alles nog veel beter moet. Ik moet negentig minuten lang vol druk kunnen zetten, nog dodelijker worden in de afronding, de hele wedstrijd mijn volle focus houden en lichamelijk nog sterker worden. Als dat lukt, ben ik niet te houden.”
Daar werkt hij hard aan. Afgelopen zomer, op het moment dat zijn ploeggenoten nog vakantie vierden, werkte Brobbey zich al in het zweet. Klaar met alle verhalen dat hij geen negentig minuten kon spelen. „Ik kreeg vaak kramp. Maar ik denk juist dat dit het gevolg was van het feit dat ik steeds na een uur of 75 minuten naar de kant werd gehaald. Je moet een paar keer een hele wedstrijd spelen om het uiteindelijk altijd negentig minuten vol te houden. Je moét in dat ritme komen. Maar het verhaal was altijd dat de trainers geen risico met me wilden nemen.”
En dus trok hij de stoute schoenen aan, of beter gezegd: de handschoenen. „Ik heb bokstraining van Melvin Manhoef (een MMA-vechter, red.) gehad en dat was wel pittig, want als ik wilde opgeven, dan stond hij voor mijn neus te schreeuwen dat ik nog even door moest. Opgeven was bij hem geen optie. Daarnaast heb ik – voor- en nadat de groepstrainingen waren begonnen – met Alessandro Schoenmaker (hoofd performance) allerlei loopjes gedaan om optimaal fit aan de start te verschijnen.”
Geen kapstok
Mensen die hem als ’kapstok’ zien om door te voetballen, doen hem tekort, vindt Brobbey. „Ik ben balvast, zoek de combinatie voor de derde man, kan de diepte in, draai makkelijk bij mijn tegenstanders weg en kan ook passeren. Op de eerste meters ben ik snel. Kopsterk? Dat gaat steeds beter. Mijn grote voorbeeld? Didier Drogba. Hij scoorde zó makkelijk: met links, rechts en koppend. Hij had ook een geweldige vrije trap. Mijn bewondering voor hem komt door al die filmpjes die ik op YouTube bekijk. Niet alleen van Drogba, hoor, maar ook van Luis Suarez, Edinson Cavani en Romelu Lukaku. Alleen al door te kopiëren, word je beter. ”
"Mijn streven is komend EK de vaste spits van Oranje te worden"
Hoewel Brobbey – zeker binnen het gammele Ajax – kan terugkijken op een uitstekende eerste seizoenshelft, was er ook een korte periode dat hij het net even niet makkelijk vond. „Het ging in mijn hoofd zitten dat ik een tijd droog stond. Daarom ga ik de wedstrijden nu alleen nog maar in om zo belangrijk mogelijk te zijn voor het team. Natuurlijk bid ik tot God dat ik wil scoren, maar dat komt vanzelf als ik het naar mijn zin heb.”
Marco van Basten en Ronald Koeman waren vernietigend in hun kritiek. „Vooral de uitspraken van de bondscoach raakten me. In het spelershotel van Oranje zei ik dat ik er graag met hem over wilde praten. Hij vond dat hij me meer had moeten beschermen. En daarna was het ook klaar voor me.”
Sterker nog, over een aantal maanden hoopt hij samen met Koeman voetbalgeschiedenis te schrijven. „Mijn streven is komend EK de vaste spits van Oranje te worden. Maar ik moet ook realistisch zijn, want het Nederlands elftal heeft natuurlijk wel Memphis Depay lopen. Al denk ik wel dat we heel goed samen kunnen spelen: Memphis op tien en ik op negen.”
Leider zijn
Brobbey weet dat hij de komende maanden moet presteren om in aanmerking te komen voor de EK-selectie. „Ik denk dat ik met mijn doelpunten en assists belangrijk voor de ploeg ben geweest. Elke wedstrijd voel ik dat ik sterker word en het is aan mij om het vast te houden. Ook al ben ik pas 21, ik wil een van de leiders zijn. Dat hoort ook – vind ik – als je al honderd officiële duels in Ajax 1 hebt gespeeld. In de jeugd was ik ook aanvoerder totdat Kenneth Taylor die band in de D2 van me afpakte. Vond ik ook prima, hoor. We gaan ons best doen om derde te worden. Als dat lukt en we ver komen in de Conference League, dan is ons seizoen nog enigszins geslaagd.”